Hoe kwam je van Syrië in Nederland?

Aleppo

“We vertrokken vanuit de buurt van Aleppo. We zaten met meer dan 20 mensen in een busje. We moesten heel stil zijn, want als de soldaten ons hoorden, dan konden we worden opgepakt.”

Afrin

“Daarna moesten we 20 uur in een bus zitten. Ik werd wagenziek, moest de hele tijd overgeven. Het was verschrikkelijk.”

Grens Syrië en Turkije

“Na de bus moesten we een stuk lopen. We wachtten onder de bomen tot het veilig genoeg was. Daarna moesten we heel hard rennen om de grens met Turkije over te steken. Het was heel gevaarlijk, want de bewakers aan de grens konden op je schieten als ze je zagen. Mijn moeder kon niet meteen mee. Pas na een uur kon zij ook de grens oversteken. We moesten al die tijd wachten in het donker. Dat was het ergste moment van mijn leven.”

Kayseri

“Toen we de grens over waren, gingen we met de bus naar de Turkse stad Kayseri. Een oom van ons woonde daar, en we konden een tijdje bij hem blijven.”
Kies nu de route van Adam of die van zijn vader.

Istanboel

“We gingen van Kayseri naar een dorpje bij Istanboel waar we bij een neef woonden. Mijn vader was op weg naar Nederland. We zagen hem een lange tijd niet.”

Schiphol

“Mijn vader was in Nederland. Hij regelde dat wij naar hem toe konden komen. Met het vliegtuig kwamen wij aan op Schiphol. Daar zag ik mijn vader, die ik al acht maanden niet had gezien!”

Sweikhuizen

“We woonden twee maanden in een asielzoekerscentrum in Zuid-Limburg. Daarna kregen wij ons eigen huis in Nederland.”

Griekenland

“Mijn vader ging met een boot vanuit Turkije naar Griekenland. Hij wilde graag naar Nederland. Daar leek het hem veilig. Hij kon daar geld verdienen en de rest van het gezin kon naar hem toe komen.”

Hongarije

“Mijn vader ging lopend op weg. Het was heel ver en hij moest soms in het bos slapen.”

Nederland

“Van Hongarije reisde mijn vader naar Nederland. Hij had eindelijk zijn bestemming bereikt.”

Sweikhuizen

“Mijn vader kwam in een asielzoekerscentrum. Van daaruit regelde hij alles, zodat mijn moeder, mijn broertje, mijn zusje en ik ook naar Nederland konden komen.”